Hier vindt u sagen en legenden van Nederland, verhalen die vroeger ter lering verteld werden. Ze zijn voornamelijk opvoedkundig van aard en zeggen dus iets over de normen en waarden die de Nederlanders vroeger belangrijk vonden.
Veel van deze verhalen zijn gebundeld door Josef Cohen en uitgegeven door W. J. Thieme & CIE in 1917 onder de titel ‘Nederlandsche Sagen & Legenden’.
We hebben verhalen uit andere bronnen toegevoegd.
Alle verhalen zijn herschreven in de ‘taal van nu’.
We wensen u veel leesplezier!!
Omstreeks zesendertighonderd en veertig jaar na het ontstaan van de wereld dienden de drie broers Friso, Bruno en Saxo als oversten onder Alexander de Grote. De andere soldaten hadden een enorme hekel aan hen. Ze vertrokken daarom, nadat Alexander was gestorven, nieuwe landen en avonturen tegemoet.
Lees verderOp de bodem van een diepe kuil, een zandgroeve, vlak bij Lochum dichtbij de Koerbelt leefden eens drie witte wiven, die wel zusters leken zo lelijk waren zij alle drie met hun magere armen en lange grijze dunne haren. Hun ogen lagen diep en hun tanden lagen bloot zoals bij een schedel. De oudste was de meesteres van alle witte wiven in de verre omtrek tot aan de Veluwe toe. Ze had echter geen naam..
LEES VERDERHet was een koude winterdag. De leden van het stadsbestuur van Kampen zaten rond de haard bijeen op het stadhuis.
LEES VERDERZoals men weet werd ons land vroeger bewoond door reuzen. Er woonden reuzen in Drenthe, die de Hunebedden hebben gemaakt. De kinderen van de reuzen bouwden graag kastelen, waarvan de heuvels op de Veluwe getuigen.
LEES VERDEREens stond er in het noorden van ons land een groot kasteel, dat Stenhuisheerd heette. Er woonden trotse ridders, die hun woede niet konden beheersen. Ze waren bloedlink. Ze verloren snel alle beheersing als ze boos werden, en boos werden ze om niets. Ze brachten door hun ziekelijke aard enorme schade toe aan de streek waarover ze heersten, en dan praten we niet allen over de schade door honger, ziekte en overstromingen.
LEES VERDER